Gezang van een merel weerkaatst tussen gebouwen. Het is nog donker en ik kan de vogel niet zien. Stoplichten laten loom knipperend oranje licht vallen op een verlaten kruispunt. Straks, als de drukte weer begint, zullen ze aan de slag gaan. Nu nog even niet. Wieltjes van een rolkoffer volgen haastige voeten over ongelijke tegels. Een sirene klinkt in de verte. Verder is het stil.
Het is die stilte die ik opzoek om portretten te maken van gebouwen zoals ik ze ook van mensen maak. De stilte in mijn gewoonlijk zo drukke stad Rotterdam biedt ruimte voor reflectie. Voor echt kijken. Voor echt verbinden. Waar gaat een gebouw over. Wat maakt een gebouw nou juist dat gebouw.
Net zoals bij portretten van mensen ga ik op zoek naar de essentie. Het kan kracht zijn en bravoure. Maar ook ingetogenheid en melancholie. In de stilte en het vroege zondagochtend licht lijkt het of die essentie meer naar voren komt. Los van de afleiding van het dagelijks leven.
Een patroon in de bakstenen. Een ronding. Pilaren die grootsheid geven aan een entree. Raampartijen verdeeld met verweerde roeden. Zonder de gebruikelijke afleiding om zich heen laten de gebouwen zich aan me zien. Naakt. Zoals mensen dat ook kunnen zijn zonder dat waar ze zich normaal mee omringen.
We hebben zo veel dingen om druk mee te zijn. Zo veel prikkels die aandacht vragen. Maar waar gaat het werkelijk om. Wat is wezenlijk. Met Stad in Stilte wil ik uitnodigen om daarbij stil te staan.